WAT IS EEN WOESTIJN?

Een woestijn is een uitgestrekt gebied waar het bijna nooit regent. Er zijn niet alleen zandwoestijnen, er bestaan 5 soorten woestijn, die sterk van elkaar verschillen: zandwoestijnen, ijswoestijnen, zoutwoestijnen, rotswoestijnen en steenwoestijnen. Er zijn ook koude woestijnen, zoals de woestijn van de Zuidpool en die van de Noordpool. De grootste woestijnen zijn de woestijn van de Zuidpool (13,8 miljoen km2), de woestijn van de Noordpool (13,7 miljoen km2) en ten slotte de Sahara (9 miljoen km2).

De grond van woestijnen is niet onvruchtbaar. Na een regenbui kan een groot deel van de woestijn ineens zeer sterk begroeid raken. De woestijngrond is echter niet in staat om het water lang vast te houden en hierdoor sterven de planten snel weer af. In woestijnen bieden oasen – plekken midden in de woestijn waar toegang tot water is – soms omstandigheden waar ook mensen kunnen leven.

Voorbeelden van woestijnen zijn de Sahara, de Gobi, de Kalahari, de Namibwoestijn, de Negev, de Grote Arabische Woestijn, de Atacama, de ijswoestijn Eismitte en het centrale gedeelte van Antarctica.